zaterdag 9 november 2013

Verwerkingsopdracht 2 klas 4 (vertelinstanties)

 'Een schitterend gebrek' en 'De schilder en het meisje', van respectievelijk Arthur Japin en Margriet de Moor, zijn beide historische romans. Ze hebben compleet verschillende verhalen, maar het verschil waar ik hier op ga focussen is het verschil in vertelinstantie. 'Een schitterend gebrek' wordt verteld vanuit een ik-vertelinstantie terwijl bij 'De schilder en het meisje' de auctoriale vertelinstantie wordt gebruikt.
 De ik-vertelinstantie wordt in 'Een schitterend gebrek' gebruikt om de emoties, de gedachten en de herinneringen van de hoofdpersoon duidelijk te maken. Hierdoor wordt je inleven in de hoofdpersoon veel makkelijker, want je kent de beweegredenen en de redenaties van de hoofdpersoon.
 De auctoriale vertelinstantie zoals in 'De schilder en het meisje' zorgt ervoor dat de schrijver veel over de omgeving en onbelangrijke details kan vertellen die de hoofdpersoon niet kent. Ook zorgt deze vertelinstantie ervoor dat je niet veel weet over de hoofdpersoon zelf, tenzij de verteller iets over hem/haar vertelt, dit helpt ook bij het mysterieus houden van de hoofdpersoon en je vraagt je af waarom hij/zij iets doet.
 Ik vind de ik-vertelinstantie fijner, omdat ik me dan meer in kan leven in de hoofdpersoon. Dit zorgt ervoor dat het verhaal voor mij interessant blijft en ik sneller verder wil lezen. In sommige gevallen vindt ik de auctoriale vertelinstantie beter. Dit vooral in verhalen waarbij de hoofdpersoon een geheimzinnig persoon is en het verhaal een soort puzzel wordt waarin je uit de ene gebeurtenis de drijfveren achter de hoofdpersoons gedrag in de andere gebeurtenis moet afleiden.

(dit bericht was eerder geplaatst op mijn schrijfblog, het is wel op tijd ingeleverd. Als iemand hiervoor bewijzen wil zien, dit kan)

'Verslag' Erik of het klein insectenboek

Hier is de link, want op een andere manier invoegen lukte niet: https://www.youtube.com/watch?v=WSA9cS240Xg

woensdag 2 oktober 2013

Verwerkingsopdracht 1-3 klas 4



  Dit werk van M.C. Esher uit 1958 heet Belvedere. Op het werk zie je een overdekt terras waar een trap naar leid. Ook zie je onder het terras een gevangenis, waar iemand in zit. Het dak van het terras rust op acht regelmatig geplaatste pilaren. Op het dak zit nog een overdekt terras en er is een ladder geplaatst op het onderste terras naar het bovenste terras. Dit alles ziet er vreemd en onmogelijk uit (wat het waarschijnlijk ook is) omdat het lijkt alsof het bovenste terras van links naar rechts geplaatst is en het onderste de diepte in geplaatst is, hoewel de pilaren suggereren dat ze recht boven elkaar staan, wat de ladder weer ontkent. Op een bankje zie je een man zitten die een onmogelijke kubus in zijn handen houdt.
  Ik vind dat dit werk past bij het fragment van 'De zonnewijzer' van Maarten 't Hart, omdat je, net als bij het fragment, veel tegenstrijdige informatie binnenkrijgt en je afvraagt wat nou waar is en wat niet. Bij het fragment denk je eerst iets te weten, maar dit wordt al gauw in twijfeling getrokken. Ook bij dit werk denk je eerst gewoon een vreemd gebouw te zien, maar als je dan beter kijkt, blijkt er iets niet te kloppen. Veel van wat eerst logisch en duidelijk leek, blijkt niet zo simpel te zijn.
  Ook wordt er in het fragment gesproken van een ingewikkeld stelsel van aluminium buizen, dit deed mij erg denken aan de kubus in dit werk, die wordt vastgehouden door de man bij de trap. Dit deed mij hieraan denken, omdat buizen erg lijken op de staven waaruit deze kubus bestaat en omdat zowel de buizen in het fragment als de staven waaruit de kubus in het werk onlogisch om elkaar heen slingeren.

zaterdag 7 september 2013

Leesautobiografie

Ik heb vooral herinneringen aan 'De wereld van Sofie' van Jostein Gaarder, dit boek heeft me namelijk over veel dingen laten nadenken en heeft ervoor gezorgd dat ik een duidelijke mening heb over veel dingen en het heeft ervoor gezorgd dat ik filosofie heb gekozen (het is een boek over filosofie). Dit las ik vooral, net als de meeste boeken die ik heb gelezen, 's avonds in bed. Ik lees ook wel eens in een luie stoel of op de bank in het weekend, maar ik lees het meeste voordat ik ga slapen.
Ik houd het meest van boeken waar veel in gebeurt. Ik heb niet echt een lievelingsgenre of genre wat ik het minst leuk vind, maar als er in een boek niet veel gebeurt, lees ik het meestal niet uit.
Ik denk dat ik ongeveer op leesniveau drie zit, hoewel ik nog steeds vooral voor mijn plezier lees. Ik denk namelijk dat de leerlingkenmerken wel op mij slaan. Ik heb namelijk wel positieve ervaring met het lezen van eenvoudige literaire romans en ik ben wel geïnteresseerd in volwassen onderwerpen. Ook vind ik het altijd wel leuk om een boek te bespreken met iemand anders en vind ik het wel leuk om nieuwe werelden te ontdekken en aan het denken te worden gezet, maar, zoals ik al zei, ik lees vooral voor mijn plezier.

Ik zie eigenlijk niet op tegen lezen voor de lijst, want ik heb geen probleem met literaire boeken lezen. Maar omdat ik perse moet lezen gaat het misschien gedwongen voelen, wat het minder leuk maakt.